Mei-vlieg
Eendagsvliegen hebben voorouderlijke kenmerken die waarschijnlijk al aanwezig waren bij de eerste vliegende insecten, zoals lange staarten en vleugels die niet plat over het achterlijf vouwen. Hun onvolwassen stadia zijn aquatische zoetwatervormen ("naiaden" of "nimfen" genoemd), waarvan de aanwezigheid duidt op een schone, onvervuilde en zeer zuurstofrijke wateromgeving. Ze zijn uniek onder insectenordes omdat ze een volledig gevleugeld, terrestrisch preadult stadium hebben, de subimago, die vervelt tot een seksueel volwassen volwassene, de imago.
Eendagsvliegen "komen uit als volwassenen" van de lente tot de herfst, niet noodzakelijkerwijs in mei, in enorme aantallen. Vliegvissers maken gebruik van eendagsvliegen door kunstmatige vliegen te kiezen die erop lijken. Een van de beroemdste Engelse eendagsvliegen is de Rhithrogena germanica, de "maartbruine eendagsvlieg" van de visser.
De korte levensduur van volwassen eendagsvliegen is opgemerkt door natuuronderzoekers en encyclopedisten sinds Aristoteles en Plinius de Oudere in de klassieke oudheid. De Duitse graveur Albrecht Dürer nam een eendagsvlieg op in zijn gravure The Holy Family with the Mayfly uit 1495 om een link tussen hemel en aarde te suggereren. De Engelse dichter George Crabbe vergeleek het korte leven van een dagblad met dat van een eendagsvlieg in het satirische gedicht "The Newspaper" (1785), beide bekend als "ephemera".
De vliegvisser maakt regelmatig gebruik van een hatch die vaak in de avonduren plaat vindt, er zijn vele meivliegen met verschillende materialen uit de vice gekomen in de loop van vele jaren. Deze meivlieg viel mij op door zijn eenvoud en ik hem tegen gekomen ben tijdens een vis vakantie in ierland, Hij zit inderdaad nog steeds in 1 van mijn dozen. Goed ingevet is het een schitterend slagschip, waar de forel gretig op zal stijgen mits goed aangeboden. Een truukje om het slagschip beter te laten drijven om voor de visser een beter zicht te krijgen is!, de fibers naar boven te wrijven tussen duim en wijsvinger, zie foto hierboven midden onder.
De meivlieg die wij hier gaan binden komt van (mariosfliegendose) een mooi patroontje dat makkelijk bind.
Materiaal:
Haak: Nymph #8
Binddraad: Geel/ goudkleurig
Tinsel: Pearl 1 streng
Dubbing: Nice dub geel/creme "abdomen"
Dubbing: Nice dub Bruin "torax"
Vleugel: Soft hackle Gold/olive
Plaatst de haak in de vice en zet het binddraad op tot iets voorbij de haakpunt, zie foto 1 en 2
Trek een tiental fibers uit een zelfde soft hackle als je voor de vleugel gaat gebruiken, zorg ervoor dat je de holle/doffe kant naar boven inbind. Dit geef een kleine buiging van de fibers naar boven gericht, zie foto 3 en 4
Bind de streng pearl flash in bij de staart, zie foto 5
Spin de gele/ creme kleurige dubbing op de draad en wikkel deze iets voorbij de helft van de haaksteel, zie foto 6 en 7
Breng in 4 slagen het tinsel naar voren, zet het vast en verwijder het restant, zie foto 8
Spin de bruine dubbing op de draad en wikkel in een paar slagen de torax, houd ruimte voor de vleugel en het afbindkopje, zie foto 9 en 10
Neem nu de veer voor de vleugel en wrijf met duim en wijsvinger de fibers naar achteren, laat een klein toefje fibers staan en knip deze weg zodat er een kort toefje blijft staan, zie foto 11
Bind het kleine toefje fibers achter de torax in, wrijf met duim en wijsvinger de fibers dezelfde kant op en wikkel deze naar het oog, houd nog steeds rekening met het afbindkopje. Door het binddraad iets over de fibers te binden zullen deze naar de haakpunt wijzen. Afbinden en aflakken, zie foto 12, 13 en 14
Veel bind plezier